Narrow your search

Library

KU Leuven (908)

KBR (441)

UGent (397)

UCLL (376)

Odisee (363)

ULB (322)

UAntwerpen (306)

UCLouvain (304)

ULiège (298)

VIVES (295)

More...

Resource type

book (1116)

dissertation (66)

object (20)

audio (19)

periodical (8)

More...

Language

English (505)

Dutch (455)

French (142)

German (37)

Italian (13)

More...

Year
From To Submit

2006 (1178)

Listing 1 - 10 of 1178 << page
of 118
>>
Sort by

Book
Nederland als voorbeeldige natie
Authors: ---
ISBN: 9789065508942 Year: 2006 Publisher: Hilversum Verloren

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Essentials of Ecology
Authors: ---
ISBN: 9781405103282 1405103280 Year: 2006 Publisher: Oxford Blackwell Publishing

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Keywords

573.3 --- ecologie --- Ecology


Multi
Reimagining ritual theory : John Bourke among the Hopis
Authors: ---
ISBN: 9090207783 9789090207780 Year: 2006

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract


Book
Nederlands mooiste woord : alle mooistewoordverkiezingen op een rijtje.
Author:
ISBN: 9077721959 9789077721957 Year: 2006 Publisher: 's-Hertogenbosch Heinen

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract


Book
100 mots à sauver.
Author:
ISBN: 9782253117773 2253117773 Year: 2006 Volume: 30663 Publisher: Paris Albin Michel

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

« On s’emploie avec raison à sauver toutes sortes d’espèces d’oiseaux, d’insectes, d’arbres, de plantes, de grosses et de petites créatures bien vivantes, menacées de disparition… Rares sont les personnes émues par la disparition des mots. Ils sont pourtant plus proches de nous que n’importe quel coléoptère. Dieu sait que les initiatives ne manquent pas, ni les bras ni l’argent, pour conserver le patrimoine, mais, alors que les mots en font autant partie que les pierres, les tissus, la porcelaine, l’or et l’argent, ils n’intéressent pas grand monde. L’écologie des mots est balbutiante… Et si on travaillait à sauver des mots en péril ? » De argousin à y (comme dans : « Fait-y chaud ? ») Bernard Pivot propose de sauver cent mots « en voie de disparition », c’est-à-dire qui ont disparu des deux dictionnaires populaires de langue, Le Petit Larousse et Le Petit Robert. Il nous explique ainsi, citations à l’appui, quand et comment employer trotte-menu, turlutaine ou encore suivez-moi-jeune-homme. Un texte convaincant écrit d’une plume alerte, pleine d’humour et dénuée de pédantisme : un Pivot en pleine forme.


Book
Beetje boos
Authors: --- ---
ISBN: 9085683718 Year: 2006 Publisher: Tielt Lannoo

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Slow living
Authors: ---
ISBN: 1845201604 Year: 2006 Publisher: Oxford Berg

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract


Dissertation
An architecture-centric approach for software engineering with situated multi agent systems
Authors: ---
ISBN: 9056827324 Year: 2006 Publisher: Leuven Katholieke Universiteit Leuven

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

De ontwikkeling en het beheer van hedendaagse gedistribueerde software toepassingen is moeilijk. Drie belangrijke redenen voor de toenemende complexiteit zijn: (1) belanghebbenden van de software hebben verschillende, vaak tegenstrijdige, kwaliteitsvereisten voor de systemen; (2) de software systemen dienen om te gaan met voortdurende wijzigingen in hun omgeving; (3) activiteit in de systemen is inherent lokaal, globale controle is moeilijk te verwezenlijken of helemaal uitgesloten. In deze thesis stellen we een aanpak voor om dergelijke complexe systemen te ontwikkelen. Deze aanpak integreert gesitueerde multiagent systemen als software architectuur in een algemeen software ontwikkelingsproces. Sleutelaspecten van de aanpak zijn architectuur-gebaseerde software ontwikkeling, zelfbeheer en decentrale controle. Architectuur-gebaseerde software ontwikkeling zet de belanghebbenden van een software systeem aan om expliciet om te gaan met tegenstrijdige kwaliteitsdoelen. Zelfbeheer laat toe dat een software systeem zelfstandig omgaat met voortdurende wijzigingen in de omgeving. Decentrale controle biedt een antwoord op de inherente localiteit van activiteit. In een systeem waar globale controle geen optie is, dient de vereiste functionaliteit gerealiseerd te worden door samenwerkende deelsystemen. Tijdens ons onderzoek hebben we een geavanceerd model ontwikkeld voor gesitueerde multiagent systemen. Dit model integreert gesitueerde agenten en de omgeving als expliciete ontwerpabstracties in een gesitueerd multiagent systeem. Het model voorziet in een aantal geavanceerde mechanismen voor adaptief gedrag. Deze mechanismen laten toe dat gesitueerde agenten zich snel kunnen aanpassen aan wijzigende omstandigheden in het systeem. Agenten kunnen het systeem verlaten of nieuwe agenten kunnen worden toegevoegd zonder de rest van het systeem te verstoren. Controle in een gesitueerd multiagent systeem is gedecentraliseerd, de agenten werken samen om de systeemfunctionaliteit te realiseren. Uit ervaring met het ontwikkelen van verschillende gesitueerde multiagent systeem applicaties hebben we een referentiearchitectuur ontwikkeld voor gesitueerde multiagent systemen. Deze referentiearchitectuur mapt het geavanceerde model voor gesitueerde multiagent systemen op een abstracte systeemdecompositie. De referentiearchitectuur kan worden toegepast bij de ontwikkeling van nieuwe toepassingen met soortgelijke kenmerken en vereisten. Tijdens ons onderzoek hebben we een gesitueerd multiagent systeem toegepast in een industrieel transportsysteem met automatisch bestuurde voertuigen. Het ontwerp en de evaluatie van de software architectuur van deze applicatie hebben in belangrijke mate bijgedragen tot de ontwikkeling van de referentiearchitectuur. De succesvolle ontwikkeling van deze complexe toepassing toont aan hoe multiagent systemen als software architectuur kunnen geïntegreerd worden in een algemeen software ontwikkelingsproces. Developing and managing today's distributed applications is hard. Three important reasons for the increasing complexity that characterize a large family of systems are: (1) stakeholders involved in the systems have various, often conflicting quality requirements; (2) the systems are subject to highly dynamic and changing operating conditions; (3) activity in the systems is inherently localized, global control is hard to achieve or even impossible. In this dissertation, we present an approach for developing such complex systems. The approach integrates situated multiagent systems as software architecture in a mainstream software engineering process. Key aspects of the approach are architecture-centric software development, self-management, and decentralized control. Architecture-centric software development compels the stakeholders involved in a system to deal explicitly with quality goals and tradeoffs between the various system requirements. Self-management enables a software system to deal autonomously with the dynamic and changing circumstances in which it has to operate. Key qualities for endowing systems with abilities to manage dynamism and change are flexibility and openness. Decentralized control is essential to cope with the inherent locality of activity. In a system where global control is not an option, the functionality of the system has to be achieved by collaborating subsystems. We present an advanced model for situated multiagent systems that integrates the environment as a first-class design abstraction with an integral model for situated agents that provides advanced mechanisms for adaptive behavior. These mechanisms enable situated agents to manage the changing situation in the environment autonomously; the multiagent system can cope with agents leaving the system and new agents that enter. Control in a situated multiagent system is decentralized, situated agents cooperate to achieve the overall functionality of the system. From our experiences with building various situated multiagent system applications, we have developed a reference architecture for situated multiagent systems. This reference architecture maps the advanced model for situated multiagent systems on an abstract system decomposition. We give an overview of the various views of the architecture, and we explain how the reference architecture can guide architects when developing new applications that share the common base of the reference architecture. We have applied a situated multiagent system in a industrial automated transportation system. The architectural design, the development, and the evaluation of this complex application has considerably contributed to the development of the reference architecture. We give an overview of the software architecture of the system, and we discuss the evaluation of the architecture. The successful development of this challenging application demonstrates how multiagent systems can be integrated as software architecture in mainstream software engineering. De ontwikkeling van hedendaagse softwaresystemen is complex. Twee belangrijke redenen voor de toenemende complexiteit zijn: (1) sofwaresystemen zijn onderhevig aan voordurende dynamiek en wijzigingen, voorbeelden zijn variaties in beschikbaarheid van diensten en piekbelastingen; (2) gegevens, diensten en gebruikers van softwaresystemen zijn geografisch verspreid, globale controle over het systeem is moeilijk te realizeren of helemaal uitgesloten. In deze thesis stellen we een aanpak voor om dergelijke complexe systemen te ontwikkelen. Deze aanpak bouwt een softwaresysteem op uit een aantal autonome software entiteiten (agenten) die door samenwerking de vereiste systeemdoelen realiseren. Een dergelijk softwaresysteem wordt een gesitueerd multiagent systeem genoemd. Sleutelaspecten van de aanpak zijn zelfbeheer en decentrale controle. Zelfbeheer laat toe dat een softwaresysteem zelfstandig omgaat met voortdurende wijzigingen in de omgeving. Decentrale controle biedt een antwoord op de geografische verspreiding van gegevens, diensten en gebruikers. Tijdens ons onderzoek hebben we, in samenwerking met Egemin NV, een gesitueerd multiagent systeem toegepast in een industrieel transportsysteem waarin automatisch bestuurde voertuigen paletten met producten verplaatsen in een productieomgeving. In tegenstelling tot de traditionele aanpak waarbij de voertuigen bestuurd worden door een centraal controlesysteem wordt elke voertuig in de nieuwe aanpak bestuurd door een agent. De agenten bepalen onderling wie welke taken uitvoert, wie voorrang heeft op een kruispunt, e.d. De succesvolle ontwikkeling van deze toepassing toont aan dat multiagent systemen uitermate geschikt zijn voor het oplossen van software problemen die gekenmerkt worden door voortdurende dynamiek en waarin centrale controle moeilijk te realizeren is.


Dissertation
Simulation of dynamic drive train loads in a wind turbine.

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Dit proefschrift bespreekt de ontwikkeling van een consistente modelleringstechniek voor het simuleren van de dynamische belasting in de aandrijflijn van een windturbine met de focus op de tandwielkast. De motivatie voor dit onderzoek zit in de beperkingen van de simulatiecodes, die worden gebruikt in het huidige ontwerp van een windturbine. De output van deze codes impliceert een quasi-statisch ontwerp van alle componenten in de aandrijflijn en biedt bovendien onvoldoende inzicht in de optredende belastingswisselingen en lokale spanningsniveaus. Een formulering op basis van flexibele meerlichamen- systemen (MLS) wordt beschouwd als de beste methode voor de ontwikkeling van een meer gedetailleerd model van de aandrijflijn. Deze studie beschrijft een generieke methodologie gebaseerd op drie MLS-technieken. De eerste methode is beperkt tot de analyse van torsietrillingen. De tweede techniek laat toe van de lagers en de vertanding in de aandrijflijn op een realistischere manier voor te stellen. De generieke implementatie van deze techniek kan gebruikt worden voor de modellering van schuine en rechte vertanding in zowel parallelle als planetaire tandwieltrappen. De derde methode is de flexibele MLS-techniek, die naast de globale beweging van de componenten in de aandrijflijn ook inzicht biedt in hun elastische vervorming. Het proefschrift illustreert de toepassing van de drie simulatietechnieken voor de analyse van een enkelvoudige tandwieltrap, van een volledige tandwielkast en uiteindelijk van een aandrijflijn in een windturbine met inbegrip van de koppeling met de toren, de rotor en de generator. Deze analyses zijn gericht op het laagfrequente en middenfrequente gebied en tonen aan hoe resonantie van de aandrijflijn in dit gebied kan geïdentificeerd worden. De gesimuleerde resultaten worden uiteindelijk vergeleken met de resultaten van een unieke meetcampagne op een moderne windturbine van de multi-MW range. This dissertation describes the development of a consistent modelling approach to correctly describe the dynamic behaviour of a complex drive train in a wind turbine, focussing on the gearbox. This research is motivated by the limitations in the traditional design codes for wind turbines, which imply a quasi-static design of all drive train components and yield insufficient insight in load variations and local stress levels. The flexible multibody system (MBS) formulation is chosen as the best alternative for the development of a more detailed drive train model. This study presents a generic methodology based on three MBS modelling approaches. The first approach is limited to the analysis of torsional vibrations only. The second technique offers a more realistic representation of the bearings and the gears in the drive train and its generic implementation can be used for both helical and spur gears in parallel and planetary gear stages. The third method is the extension to a flexible MBS analysis, which yields information about the elastic deformation of the drive train components in addition to their large overall rigid-body motion. The dissertation demonstrates the application of all three simulation methods for the analysis of a single gear stage, of a complete gearbox and finally of a drive train in a wind turbine, including coupling effects with the tower, the rotor and the generator. These analyses cover the low- and mid-frequency range and indicate how possible drive train resonances can be identified in this range. Finally, the simulated results are compared with the results of a unique measurement campaign on a modern multi-MW wind turbine.


Dissertation
Techniques for more efficient ILP data mining engines
Authors: ---
ISBN: 9056827367 Year: 2006 Publisher: Leuven Katholieke Universiteit Leuven

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Het doel van data mining is het vinden van regels (of hypothesen) die niet-triviale relaties, patronen of eigenschappen van een grote hoeveelheid gegevens omschrijven, teneinde de gegevens beter te begrijpen. Inductief Logisch Programmeren (ILP) is een relationele data mining techniek gebaseerd op eerste orde logica. Logica is een krachtig en natuurlijk formalisme voor het voorstellen van kennis, wat ILP toelaat om concepten te leren die niet geleerd kunnen worden met een minder krachtig formalisme. Omwille van zijn hoge expressiviteit is de ruimte van alle mogelijke hypothesen echter zeer complex, waardoor het zoeken naar een goede hypothese een complexe taak wordt. Een van de belangrijkste factoren bij de uitvoering van ILP algoritmen is de motor die door het algoritme gebruikt wordt. Deze motor is verantwoordelijk voor het evalueren van kandidaatshypothesen (of queries) op de gegevens, en voorziet primitieven voor het ILP algoritme om de evaluatie van queries te sturen. In dit werk presenteren we verschillende technieken voor het optimaliseren van motoren gebruikt door ILP algoritmen. We combineren twee bestaande onafhankelijke technieken voor query-evaluatie: de once-transformatie, dewelke redundante uitvoering binnen dezelfde query probeert te vermijden, en query packs, dewelke redundantie in de uitvoering van meerdere queries probeert te vermijden. De algemene aanpak voor query-evaluatie is om de query te compileren naar een efficiëntere versie alvorens hem uit te voeren. We bestuderen alternatieven voor deze aanpak, en stellen een performantere compilatietechniek voor, tesamen met een luie variant die enkel delen van queries compileert als deze nodig zijn. Analyse en debuggen van query uitvoering is een belangrijk deel van het ontwikkelingsproces van meer efficiënte query uitvoeringstechnieken. We stellen een spoorgebaseerde aanpak voor het debuggen en analyseren van de uitvoeringsstap van ILP algoritmen. We doen een studie van het afwegen van geheugenruimte tegenover uitvoeringstijd op verschillende niveaus van ILP uitvoering. Deze technieken bevatten predikaatstabellering en programmaspecialisatie, tesamen met meer algoritme-specifieke technieken. The goal of data mining is to find rules (or hypotheses) that describe non-trivial relations, patterns or properties of large quantities of data, thus helping in understanding the data better. Inductive Logic Programming (ILP) is a relational data mining technique based on first order logic. Logic provides a powerful yet natural formalism for representing knowledge, allowing ILP to learn concepts that cannot be learned using less powerful data mining techniques. However, because of its high expressivity, the space of all possible hypotheses is also very complex, due to which the search for good hypotheses becomes a complex task. One of the most important factors in the execution of ILP algorithms is the engine underlying the algorithm. This engine is responsible for evaluating candidate hypotheses (or queries) on the data, and provides primitives to the ILP algorithm for guiding the evaluation of queries. In this work, we present different techniques for optimizing the engines used by ILP algorithms. We combine two existing, independent, and successful optimization techniques for query evaluation: the once transformation, which aims to avoid redundant execution within a single query, and query packs, which avoid redundancy in the execution of multiple queries. The general approach to query evaluation is to compile the query to a more efficient version instead of executing the query directly. We study alternatives to this approach, and propose a more performant compilation technique, together with a lazy variant that only compiles parts of queries as they are needed. Analysis and debugging of query execution is an important part of the development of more efficient query execution techniques. We present a trace-based technique for debugging and analyzing the execution step of ILP algorithms. We present a study of trading off extra memory for execution time on different levels of ILP execution. These techniques include predicate tabling and program specialization, together with more ILP algorithm-specific techniques. De hoeveelheid gegevens die opgeslagen worden op digitale media groeit zeer snel. Het hoofddoel van het bewaren van deze gegevens is om er nieuwe informatie uit af te leiden: supermarken verzamelen gegevens over het koopgedrag van hun klanten, om zo hun marketing campagnes beter te kunnen richten; zoekmotoren bewaren informatie over vorige zoekopdrachten om gepersonaliseerde resultaten te kunnen tonen, ... Het doel van data mining is om uit deze grote hoeveelheden gegevens nieuwe informatie af te leiden. Inductief Logisch Programmeren (ILP) is een krachtige data mining techniek, gebaseerd op logisch redeneren. Omwille van de complexe informatie die ILP kan afleiden uit gegevens, is het afleiden van deze informatie zelf een zeer zware taak. Een cruciaal element bij het afleiden van nieuwe informatie, gebruik makend van ILP, is de motor van het ILP systeem. In dit werk bestuderen we technieken voor het bouwen van efficiëntere ILP motoren.

Listing 1 - 10 of 1178 << page
of 118
>>
Sort by